WONEN IN ITALIË – Autopech
Ook mijn zusje maakte haar opwachting tussen alle logé's door, samen met haar dochter en een vriendin van de dochter. Ze waren bezig met een 'roadtrip' van Malta naar Vezelay, tenminste..... als de auto het deed.
Op de heenweg van Vezelay naar Malta, samen met haar vriend, was de rit al niet zonder pech verlopen. In Marseille waren er problemen met de remmen en in het hedendaagse Pompei hadden ze de auto voor drie dagen ter reparatie bij een monteur achter moeten laten.
De terugtocht begon met een klapband in Messina. Kan gebeuren. Vervolgens ging het probleemloos noordwaarts tot ze bij mij aankwamen. "De auto maakt een raar geluid, ik durf er zo niet mee door te rijden." Op zoek dus naar een garage die in deze vakantieperiode ook nog op vrijdagavond open was.
Mijn garagehouder Silvio Dotta in Niella Belbo beantwoordde de telefoon niet toen ik belde. Maar toen we 's avonds om een uur of elf uit Bossolasco kwamen en langs zijn garage reden stond daar alles open en was het licht aan. Een kefferig hondje kwam ons tegemoet. Silvio was nergens te bekennen.
In de pizzeria van zijn dochter, die ernaast is, stond zijn vrouw me te woord: "Hij is òf in de bar hier in Niella of in die in Feisolio." We besloten de volgende ochtend zo vroeg mogelijk bij hem langs te gaan. Hij was in ieder geval niet op vakantie.
De volgende ochtend maakte Silvio een proefrit met Annemies auto. Zijn diagnose was dramatisch. Als ze was doorgereden, had ze waarschijnlijk een wiel verloren en wat er dan gebeurd was daar wilden we niet aan denken. Hij moest wat onderdelen bestellen en dan zou de auto maandagavond klaar zijn.
Mijn zus barstte in tranen uit. Van schrik maar ook door de complicaties die dit met zich zou meebrengen. De vriendin van haar dochter was maandag jarig en zou in Lyon haar verloofde uit Malta ontmoeten. Silvio opperde een auto te huren. Hij belde en het verhuurbedrijf in Lesegno had er nog net één. Op naar Lesegno dus.
Nadat ik het hele eind door de heuvels in mijn Panda had gereden, werden we er snel en efficiënt geholpen. Achter elkaar reden we vervolgens naar Bossolasco, waar de meisjes waren. Ook weer een kilometer of 25 over bochtige wegen. Het weekend begon ook voor mij aardig op een 'roadtrip' te lijken.
In Bossolasco zaten mijn nichtje en haar vriendin in een hotel. Ik heb in mijn huis maar 1 logeerkamer met een groot tweepersoonsbed, daar kon ik ze moeilijk, drie volwassen vrouwen, met z'n drieën in leggen. Vandaar.
Het tweetal zat lijdzaam op een terras op ons te wachten. Mijn zusje besloot de volgende ochtend in de huurauto naar Aosta te rijden en daar de vriendin op bus of trein naar Lyon te zetten. En dan maandag weer terug te rijden naar Mombarcaro waar haar eigen auto inmiddels gerepareerd zou zijn.
De volgende ochtend, zondag, vertrokken ze om een uur of negen naar Aosta. Ik kwam even bij van al het gedoe. Ik bad een schietgebedje dat de auto de volgende dag inderdaad klaar zou zijn want mijn volgende gasten stonden alweer in de startblokken.
Maandag toch maar even poolshoogte nemen bij Silvio. De rode auto van Annemie hing als een vleugellamme eend zonder wielen in de brug. "Om half vijf is ie klaar en dan kom ik hem brengen" zei Silvio. Enigszins gerustgesteld ging ik naar huis.
Om vier uur waren de dames nog steeds niet terug uit Aosta. Ik begon me zorgen te maken. Om half vijf hoor ik een auto stoppen. Vrouwenstemmen. Ja hoor, Annemie en Natalie fris en fruitig terug uit Aosta. "Heb je het gezien?" riep mijn zus me van verre toe. "We zijn met mijn auto. Hij was om drie uur al klaar. We hebben betaald en de huurauto meteen teruggebracht."
Alledrie waren we erg opgelucht. Ze konden de volgende dag met hun eigen auto vertrekken. We hadden een gezellige avond op mijn terras. Ik kookte, we kletsten wat en om tien uur lagen de logé's in bed want ze wilden de volgende ochtend vroeg vertrekken.
Om half zeven zaten we aan het ontbijt. Daarna werden de rolkoffers naar buiten gereden om in de auto te worden gelegd. Maar de bagageklep ging niet open. Dan de koffers maar op de achterbank. Hij startte gelukkig wel en om zeven uur reed de auto de straat uit.
Ik zwaaide ze met gemengde gevoelens uit. Weemoedig omdat we elkaar weer een tijd niet zullen zien. Maar toch ook wel opgelucht dat ik mij rustig kan voorbereiden op de volgende gasten, die gelukkig met het vliegtuig komen.
Jarenlang was het een droom. Een huis in Italië. Op vakantie stond ik steevast lang voor de etalage van de makelaar ter plaatse. Maar het moment was (nog) niet geschikt. Ik werkte nog, mijn geliefde was ziek, m’n ouders hadden steeds meer zorg nodig. Ik bleef dromen en fantaseren, allemaal heel veilig. Jaar na jaar ging voorbij. Er gebeurde veel. Cor ging dood, ik maakte een voettocht naar Rome, werd ontslagen en toen was daar opeens het moment van: nu of nooit.