WONEN IN ITALIË – Sneeuw 2

Het sneeuwt al de hele dag. Op straat is het doodstil. Zolang het blijft sneeuwen wordt er niets aan de wegen gedaan, een half uurtje later ligt er immers weer een laag.

Ik voel me nu echt een beetje opgesloten. Durf het dorp niet uit omdat ik vrees met die Panda van mij de berg niet meer op te komen. Tenzij met sneeuwkettingen natuurlijk.

Ik had een leuke lunch-afspraak in Murazzano maar ik zou wel gek zijn om daar heen te gaan. Naar beneden is geen probleem, maar naar boven...?

Er is deze keer al heel wat meer gevallen dan een maand geleden op die eerste sneeuwdag. Ik denk dat er in mijn tuin inmiddels wel een meter sneeuw ligt.

Overbuurvrouw Grazia vraagt mij bij hen te komen lunchen. Ze heeft polenta gemaakt. De maaltijd is zeker zo gezellig en lekker als die ik in Murazzano had kunnen verwachten. Zoon Valter en zijn gezin eten ook mee.

De kinderen zijn vanmorgen niet naar school geweest want die was in verband met de sneeuw gesloten. Ze zitten vol energie en tergen hun ouders en grootouders tot het uiterste. Toch blijven ze om op te eten.

Om drie uur tref ik nieuwe vriendin Ilse in de bar. Ze huurt tijdelijk een vakantiehuisje op het land vlakbij Niella Belbo. Ze is helemaal te voet gekomen. Voor haar als beroepsmilitair nog minder dan niks. We drinken warme thee en chocolade. Ik besluit een stuk met haar mee terug te lopen.

Ik ben nauwelijks de bar uit of ik lig al op m'n kont. Op de provinciale weg is nauwelijks verkeer en dat is maar goed ook want er hangt een dikke mist. Iedere keer komt of van de ene of van de andere kant een groot oranje monster met zwaailichten op ons af, dat is Manuel met de sneeuwschuiver.

"Je mag wel een zwaailicht op je hoofd zetten als je met dit weer gaat wandelen" zegt Carlo de volgende dag in de bar. "want die Manuel veegt niet alleen de sneeuw, maar alles van de straat af." Ilse en ik duiken telkens in een sneeuwhoop aan de kant van de weg als we hem weer aan zien komen.

Vanochtend was het sneeuwen even gestopt en kwam iedereen zijn huis uit. Valter reed voor het huis alweer met de turbine rond om de sneeuw weg te spuiten. Ik groef mijn auto uit en ging er daarna een rondje mee rijden. Gelukkig hij deed het nog. Sara stond dik ingepakt met haar Janklaassenmuts op in de winkel.

Toen ik door het dorp reed zag ik overal dorpsgenoten sneeuw scheppen en vegen. Anna Maria stond op de trap voor haar huis met een sneeuwschep te zwaaien toen ze me voorbij zag komen. In de bar kwamen alleen maar dik ingepakte marsmannetjes binnen, mutsen tot bijna over hun ogen getrokken of capuchon over het hoofd.

Tussen de middag begon het weer te sneeuwen. Er viel in korte tijd tien centimeter. Om drie uur hield het op. Valter en ik kwamen elkaar weer tegen voor onze huizen. Hij weer achter de turbine, ik weer met mijn sneeuwschep en wisser in de weer om de auto opnieuw schoon te krijgen.

"Alleen morgen komt er nog sneeuw" zei ik. "Nee op Canale 5 zeggen ze dat het morgen al mooi weer wordt" zegt Valter. Ik toon hem de weersverwachting op mn telefoontje. "Daar klopt niks van" zegt Valter."Morgen is het mooi weer". We zullen zien.