WONEN IN ITALIË – Apericena
Elisa, die regelmatig in onze bar werkt, belt me: "Christina, we houden volgende week vrijdag een apericena. Zal ik jou vast op de lijst zetten?" Wat het precies is, een 'apericena', is me niet helemaal duidelijk, maar het klinkt gezellig, dus ik zeg: "Ja, zet mij maar op die lijst".
De apericena begint op die bewuste vrijdag om acht uur. Als Grazia en ik op het plein boven aankomen, treffen we het dorp aan in kerstsfeer. Er zijn lichtjes, er staan knipperende kerstbomen en ook in de bar hangt kerstversiering.
Het zaaltje naast de bar is maar klein maar toch staan er zoveel tafels zorgvuldig gedekt dat daar wel een stuk of 30 mensen aan kunnen eten. Rino, de baas van de bar, staat met een ijsmuts op zijn dames te commanderen.
Wij zoeken een plaatsje en krijgen al gauw gezelschap van vier jonge vrouwen. De apericena trekt vooral een jong publiek. De mannen kruipen bij elkaar aan een lange tafel die uitzicht geeft op de tv, boven mijn hoofd. Daarop wordt de voetbalwedstrijd Juventus - Inter (Milaan) gespeeld.
Bij elke beweging richting het doel barst er een gejoel los. Ondertussen beginnen Rino en Bruna de eerste antipasti op de tafels te zetten. We krijgen het ene gerechtje na het andere. Een slaatje met mayonaise, polenta blokjes met gorgonzola, spinaziefrittata, het is allemaal even lekker.
Verantwoordelijk voor al deze heerlijkheden is Anna Maria, die jarenlang de bar runde maar die inmiddels met pensioen is. Zij heeft de hele dag in haar eigen keuken staan koken voor deze apericena. Het mag dan wel een samentrekking zijn van aperatief en cena, in Italië betekent dat vooral veel eten. Antipasti, pasta, vleeshapjes en nog een tiramisu na ook. Ik vind het een mega-prestatie zeg ik haar de volgende dag.
"O maar m'n moeder heeft me geholpen" zegt ze wijzend op haar 92-jarige moeder die in het aangrenzende huis woont. Anna heeft een deur in de wand tussen de twee huizen gemaakt, zodat ze haar moeder in de goede zin van het woord 'in de gaten kan houden'.
Terwijl de mannen brullen om de gemiste kansen van 'Juve' smikkelen Grazia en ik al het lekkers naar binnen. Ondertussen gaat een fles rode wijn rond waar de dames tot mijn verbazing ruim uit schenken.
Naast mij zit een meisje die bij een begrafenisonderneming werkt. We hebben het over het afleggen van doden. Niet echt een onderwerp dat je eetlust bevordert maar het smaakt me niettemin toch prima. De espresso wordt tenslotte aan de bar genomen en we rekenen 11 euro af. Geanimeerd staat iedereen met elkaar te praten.
Twee kinderen hollen naar binnen met het bericht dat er twee jonge wolfjes beneden op de provinciale weg lopen. We haasten ons allemaal naar buiten naar de balustrade van het plein om naar beneden te kijken. We zien de dieren niet maar horen wel wolven huilen.
Al gauw vlucht iedereen de warme bar weer in. Op dat moment maakt Juventus eindelijk een doelpunt maar de mannen reageren lauw. Nu de avond ten einde loopt, hebben ze weer oog voor hun vrouwen. En de vrijgezellen onder hen voor dè vrouwen.
Helaas heeft de avond voor één van de vrouwen een vervelend staartje. Haar vriend verdwijnt met een ander meisje. Tja die dingen gebeuren ook in Mombarcaro. Zo bleef het nog lang onrustig in het dorp...
Jarenlang was het een droom. Een huis in Italië. Op vakantie stond ik steevast lang voor de etalage van de makelaar ter plaatse. Maar het moment was (nog) niet geschikt. Ik werkte nog, mijn geliefde was ziek, m’n ouders hadden steeds meer zorg nodig. Ik bleef dromen en fantaseren, allemaal heel veilig. Jaar na jaar ging voorbij. Er gebeurde veel. Cor ging dood, ik maakte een voettocht naar Rome, werd ontslagen en toen was daar opeens het moment van: nu of nooit.