WONEN IN ITALIË – Cultuur opsnuiven
Cultureel bezig geweest. Naar de film geweest en een tentoonstelling bezocht. Toe maar. Een filmpje pikken, even een museum binnenlopen. In Nederland doe je dat zo gemakkelijk. Het filmhuis in Bussum en Singer in Laren waren mijn favoriete plekken.
Hier is dat een ander verhaal want alles is ver weg. De dichtstbijzijnde bioscoop is in Dogliani. Bijna drie kwartier rijden. Het was een jaar geleden dat ik daar een film had gezien: 'The Post' met Meryl Streep en Tom Hanks.
Nu draaide er eindelijk weer eens een aardige film en geen familie- of knokfilm, maar 'Mary, Queen of the Scotts'. Ik genoot van de film, van de prachtige aankleding,van het Schotse landschap en van de acteurs.
Blijft het natuurlijk irritant de Britse koninginnen nagesynchroniseerd Italiaans te horen praten. Maar goed, dat weet je in Italië. Om half zes kwam ik naar buiten en het was nog licht. Ik hoefde niet in het donker door de heuvels terug te rijden.
De volgende dag stond een tentoonstelling in Alba op het programma. Om drie uur zou ik Egle en haar buurvrouw Franca treffen voor de Fondazione Ferrero in Alba om daar een tentoonstelling over de Dada-beweging en het Surrealisme te bezoeken.
Met behulp van mijn navigatie
kwam ik, na een uur rijden, in een buitenwijk van Alba terecht. Er stond een enorme fabriek met grote letters Ferrero op de voorzijde. Het museum, opgericht door Michele Ferrero, was er tegenover.
Het museum was een modern, wit gebouw met aan de achterzijde een parkachtige tuin. Ik liep de hal in en kwam terecht in een smaakvolle bar vol witleren en cognac-kleurige banken. Het viel me op dat er wel erg veel oude mensen rondliepen. Bij nadere inspectie zag ik naast de hal een zaaltje vol oude heren die zaten te kaarten.
In de bar konden ze gratis drankjes halen. Toen ìk een koffie wilde bestellen, vroeg de mevrouw achter de bar of ik een gepensioneerde van Ferrero was. Nee dus, dan kreeg ik ook geen koffie. De bar in het museum was er alleen voor de gepensioneerden.
Ondertussen was Egle aangekomen. "We hebben een gids ingehuurd voor 7 euro voor vijf kwartier. Vind je dat goed?". Ik vond het prima. Even later hobbelden we met een stuk of 20 man met een koptelefoon op ons hoofd achter een jonge vrouw aan die ons langs kunstwerken van o.m. Man Ray, Magritte, Duchamps en Dali leidde.
De gids deed het fantastisch. Ze was gedreven, vertelde veel over deze periode na de eerste wereldoorlog en legde verbanden. De tentoonstelling was gratis. En of het nu daaraan lag...maar het was erg druk. En net zoals in Nederland bestond het publiek vooral uit pensionado's (zoals ikzelf).
Om vijf uur hadden we alles gezien. Het zou leuk geweest zijn om nog even samen wat te drinken maar dan moesten we een bar in Alba gaan opzoeken. En ik moest nog zeker een uur rijden en wilde dat liever niet in het donker doen want de route terug naar huis is overdag weliswaar prachtig, maar zeer bochtig.
Toen ik me laatst bij buurvrouw Rosa liet ontvallen dat ik overwoog een maandje in Amsterdam te gaan zitten, o.m. om 'wat cultuur in te halen', ik dacht aan films en musea, keek ze me niet begrijpend aan. "Maar voor cultuur hoef je toch niet naar Amsterdam??" zei ze licht smalend. "Je zit hier tussen Turijn en Genua, een paar uur rijden en je bent in Florence!!! Wat kan je je nog meer aan cultuur wensen?"
Eigenlijk had ze wel gelijk. Alleen in Amsterdam of eigenlijk iedere andere plaats in Nederland ligt de cultuur voor het grijpen. Hier moet je er meer moeite voor doen. Het land is zoveel groter, zoveel uitgestrekter. Wij, Nederlanders, zijn zo gewend om even de fiets te pakken als we bijvoorbeeld een film willen zien. Ook als je op het platteland woont, zijn voorzieningen nooit ver weg.
In de zomer is het hier natuurlijk wel een cultureel eldorado. Dan zijn er overal concerten, jazz-weken, bandjes...maar ja dat duurt nog even.
Na mijn geklaag in de bar aangehoord te hebben, zegt Elisa: "Als je terug uit Nederland bent Cri, dan gaan we samen een dagje naar Turijn om het Egyptisch museum te bezoeken". Een leuk voorstel, ik verheug me er al op!
Jarenlang was het een droom. Een huis in Italië. Op vakantie stond ik steevast lang voor de etalage van de makelaar ter plaatse. Maar het moment was (nog) niet geschikt. Ik werkte nog, mijn geliefde was ziek, m’n ouders hadden steeds meer zorg nodig. Ik bleef dromen en fantaseren, allemaal heel veilig. Jaar na jaar ging voorbij. Er gebeurde veel. Cor ging dood, ik maakte een voettocht naar Rome, werd ontslagen en toen was daar opeens het moment van: nu of nooit.