WONEN IN ITALIË – Bidden voor moeder
Op een warme middag zie ik opeens Elisa, die de bar runt in Mombarcaro, mijn tuin binnenkomen. Ik had me net met een boek geïnstalleerd, maar vooruit - this is Italy -
Als ze dichterbij komt, zie ik dat er iets is. Als ik ook vrààg of er iets is, barst ze in tranen uit. Haar moeder heeft waarschijnlijk Parkinson, of een tumor in haar hoofd, het is in ieder geval goed mis, snikt ze.
Haar moeder, net 60, blijkt onduidelijke klachten te hebben. Ze zit volop in de medische molen. Ik luister naar Elisa en praat met haar. De wilde Elisa, die hier vaak aankomt met een paar biertjes in een plastic zak, altijd in is voor feesten en partijen, blijkt opeens een lieve dochter die doodsbang is haar moeder te verliezen.
De weken daarna blijf ik Elisa volgen in het nieuws over haar moeder. Gisteren tref ik opeens een blij meisje achter de bar. "Christina, mijn moeder heeft geen tumor, misschien Parkinson maar dat horen we de 14e." Het ergste is gelukkig niet bewaarheid, ze zijn al bijna blij met Parkinson.
Dan zegt ze: "Ik ga morgen het Santuario del Bambino Gesu di Praga in Arenzano bezoeken en de madonna bedanken. Dat heb ik beloofd als mijn moeder geen tumor zou hebben. Ga je met me mee? "
Natuurlijk ga ik mee. De kerk ligt op een prachtige plek boven Arenzano en met uitzicht over de Middellandse Zee. Het is een schitterende renaissance kerk. En...de jonge Elisa, 36 jaar, gaat me aan 't hart.
We vertrekken om één uur. Het is gek om op de autostrada naar Genua te rijden die uitloopt op de ingestorte Ponte Morandi, een weg die ophoudt. Maar daar is niks van te merken. Vrachtwagens genoeg, we gaan er bij de afslag voor Arenzano af.
We parkeren de auto en wandelen over het plein voor de kerk. Dan gaan we naar binnen. Vervolgens zie ik Elisa overal bidden, in de kerk, in de kapel en later als we al bijna thuis zijn, zie ik haar in de auto steeds maar kruizen slaan. In de souvenirwinkel koopt ze een verzameling bidprentjes, ringen en andere prullaria die allemaal de genezing van haar moeder moeten afdwingen.
Is dit het meisje dat me in juli nog een foto stuurde van haar en Alice Cooper? (ja dè Alice Cooper, inmiddels 70 maar hij leeft nog). Hij was van de 'horrorrock' uit de jaren '70 meldde ze me opgewekt (alsof ik dat niet zou weten).
Ik krijg nu een totaal andere Elisa te zien. Als we later bij haar moeder langs gaan, schuift ze haar moeder een ring met de beeltenis van Maria, om "die moet je dragen mam, hij heeft al bij zoveel mensen geholpen."
De moeder, die de jaren '70 nog een beetje in haar verschijning meedraagt, neemt de geluksbrengers in ontvangst met een lachje. Ik denk dat ze vooral geroerd is door de bezorgdheid van haar dochter.
"Hoe vond je m'n moeder?" vraagt ze even later in de auto. Ik zeg dat ik haar een leuke vrouw vind en niets vreemds aan haar heb kunnen ontdekken." Maar hoorde je niets aan haar stem? Die sleept een beetje." Ik heb niets vreemds gehoord, zeg ik.
Elisa gaat terug naar Alba waar ze met haar vriend samenwoont. Ze hebben een paëlla-avond bij vrienden. Maar eerst gaat ze nog even een bidprentje bij haar schoonmoeder langs brengen. "Ze gaat voor m'n moeder bidden Christina, je zult zien, m'n moeder wordt beter." Ik hoop 't maar.
Jarenlang was het een droom. Een huis in Italië. Op vakantie stond ik steevast lang voor de etalage van de makelaar ter plaatse. Maar het moment was (nog) niet geschikt. Ik werkte nog, mijn geliefde was ziek, m’n ouders hadden steeds meer zorg nodig. Ik bleef dromen en fantaseren, allemaal heel veilig. Jaar na jaar ging voorbij. Er gebeurde veel. Cor ging dood, ik maakte een voettocht naar Rome, werd ontslagen en toen was daar opeens het moment van: nu of nooit.