WONEN IN ITALIË – De wandelclub

Deze week kwam ik er weer eens achter dat ik flexibeler moet worden. Dat heeft alles te maken met een nieuwe wandelclub waar ik nu opeens lid van ben. Voor het eerst heb ik met de leden een dag gelopen.

Een klein jaar geleden kwam ik op één van mijn wandelingen Elio Sabena tegen. Hij kwam me tegemoet lopen op een pad in de rimboe en vertelde dat hij iedere week een wandelroute uitzet. Was ik misschien geinteresseerd? Dan zou hij me wekelijks de route kunnen sturen.

Dat heeft ie trouw gedaan, iedere week kreeg ik een mail met de wandeling voor de zondag erna. Nooit ging ik mee, tot afgelopen zondag. Er stond een stadswandeling in Turijn op het programma. Dat leek me wel wat.

Vanuit Alba zou de groep met de trein naar Turijn reizen en ik zou in Alba of een paar haltes erna, in Bra, kunnen instappen en bij ze aan kunnen sluiten. Ik besloot om in Bra in de trein te stappen.

Maar nu komt het. Zondag was de dag, maar zaterdagmorgen zat ik al vroeg in de auto naar Bra. Wat ging ik een dag van te voren in Bra doen?

Kijken waar het station was, van welk perron de trein zou vertrekken, waar ik de auto zou kunnen parkeren, alvast een kaartje kopen en kijken of er misschien een toilet op het station was voor het geval dat....Ja, zo zit ik in elkaar, een control-freak tot en met.

Het station van Bra was pico bello, met een bar en een 'tabaccheria' waar je een treinkaartje kon kopen. Een brandschone wc op perron 1 en een parkeerterrein naast de deur.

Gerustgesteld ging ik naar huis. De volgende ochtend veel te vroeg naar Bra. Om half 10 stapte ik in de trein. Bij de halte Lingotto moest ik overstappen. Bij een groep reizigers ontstond onrust. Ze vroegen of ik soms ook naar Turijn ging.

Ze stapten met me mee uit maar niemand wist waar hij heen moest. Ik vroeg of ze soms van de wandelclub van Elio Sabena waren. En ja hoor, dat was zo. Achter mij aan liepen ze naar het goeie perron.

We maakten kennis en reisden het laatste eindje naar station Torino Porta Nuova. Ik las het programma nog even na: we zouden koffie drinken in één van de gerenommeerde bars in het oude centrum en lunchen boven op de Monte Cappuccini.

We kwamen aan op het station en stapten uit de trein. De groep zwermde alle kanten op. Een aantal ging ontbijten in de eerste de beste stationsbar. Enkelen gingen een wc opzoeken. Elio stond ontspannen in de stationshal te keuvelen.

Ik stond te popelen om de stad in te gaan maar moest mijn ongeduld verbijten. Er kwam een gids aan die iedereen blijkbaar kende, want er werd uitgebreid gezoend en bijgekletst. Een half uur na aankomst konden we dan eindelijk vertrekken.

De stadswandeling was prachtig. We liepen vooral rondom het historisch centrum. Wat een geluksvogels die Torinezen, zelden een groenere stad gezien.

Om een uur of vier daalden we af naar de oude stad. Daar zouden we als afsluiting in één van die prachtige historisch café's een afscheidsdrankje drinken. We kwamen op de Piazza Vittoria, omringd door horeca. Verlangend keek ik rond. Na 16 km. lopen had ik het wel gehad.

We liepen weer verder. Uiteindelijk nam de gids afscheid. Hè, hè, zouden we nu dan ergens gaan zitten? Opeens stond het hele gezelschap voor een winkel met afgeprijsde koffers en tassen. We hadden nog maar een uur voordat de trein vertrok.

Ze gingen allemaal naar binnen, inclusief Elio. Na 20 minuten kwamen ze weer naar buiten. Niemand had wat gekocht. We haastten ons naar het station, het was te laat voor een drankje. Om half zes zaten we in de trein terug naar Bra en Alba.

Ik had een beetje de pest in. Later thuis nam ik me voor de volgende keer meer met de dynamiek van de groep mee te bewegen. En me vooral niet te ergeren.

Zeker ook omdat het allemaal hele aardige mensen zijn. Maar Italianen zijn nu eenmaal impulsief en trekken zich weinig van programma's aan.



  • De beslissing
  • Jarenlang was het een droom. Een huis in Italië. Op vakantie stond ik steevast lang voor de etalage van de makelaar ter plaatse. Maar het moment was (nog) niet geschikt. Ik werkte nog, mijn geliefde was ziek, m’n ouders hadden steeds meer zorg nodig. Ik bleef dromen en fantaseren, allemaal heel veilig. Jaar na jaar ging voorbij. Er gebeurde veel. Cor ging dood, ik maakte een voettocht naar Rome, werd ontslagen en toen was daar opeens het moment van: nu of nooit.