WONEN IN ITALIË – 'Poca roba'
Het zou gaan sneeuwen. Maandag. Eén hele dag volgens Meteo. Iedereen had het erover. Sinds eind november is er hier geen druppel meer gevallen, dus een pak sneeuw was meer dan welkom.
Het zou volgens de app op mijn telefoontje al om 9 uur beginnen, maar om 9 uur was er nog geen vlokje te zien. Volgens een Duitse vriend, met wie ik die ochtend Italiaans deed, zou het pas aan het eind van de middag gaan sneeuwen.
En zo keken we de halve dag naar de grijze lucht. Als Piemonte ergens om bekend staat, dan is het wel om zijn mythische winters, waarin de sneeuw zich metershoog ophoopt. Al zes jaar hoor ik de meest fantastische verhalen hierover.
Mijn buurman: "In de winter van 19.. stond de sneeuw tot aan jouw dakgoot". De 'postino' en zijn vrouw, die in mijn huis woonden, moesten zowat uitgegraven worden. Rosa: "Ik moest bevallen maar we waren ingesneeuwd. Er was geen electriciteit, geen telefoon..." etc.
Vooral voor de echte Piemontezen, dat zijn mensen die van bergen houden en van echte winters, was het wrang dat we dagen uitkeken naar 1 dag sneeuw.
Nu ben ik zelf niet erg dol op sneeuw. Je gaat niet in Italië wonen voor de sneeuw en om 's nachts met een paar warmwaterkruiken in je bed te stappen, maar goed, voor een paar dagen vind ik het wel leuk. Sneeuw geeft het landschap iets sprookjesachtigs.
En toen ging het dan eindelijk sneeuwen. Maandagmiddag om half vijf. Eerst hele fijne vlokjes maar allengs begon het toch ergens op te lijken en bleef de sneeuw ook liggen. Het werd donker.
Bij mij gingen de kaarsjes en de schemerlampen aan. Ik keek naar de dagelijkse woordquiz 'Eredità' op RAI-1 maar snelde telkens naar de ramen om te kijken hoe het er buiten uitzag.
Om een uur of negen lag er echt een pak sneeuw van een paar decimeter. De straat zag er verstild en schilderachtig uit. Ik ging meteen wat foto's maken. M'n vrienden in Nederland moesten toch zien hoe we hier nu opeens in de sneeuw zaten.
De volgende ochtend kwam Manuel al om half acht met de sneeuwschuiver voorbij. De zon scheen, de lucht was blauw en in een paar uur tijd zagen de heuvels er weer even roestbruin uit als twee dagen geleden, alleen in de tuin bleef nog wat liggen.
Ik glibberde met de auto naar Monesiglio waar ik een paar boodschappen moest doen. In de winkel van Daniele Rivado zei ik opgewekt: "Nou eindelijk heeft het gesneeuwd". Hij haalde z'n schouders op. "Poca roba" zei hij minachtend.
Nee, van dat beetje sneeuw dat gevallen is, daar worden ze hier niet opgewonden van. Vandaag was het opeens 18 graden. Ik denk niet dat het nog wat wordt met die Piemontese winter.
Jarenlang was het een droom. Een huis in Italië. Op vakantie stond ik steevast lang voor de etalage van de makelaar ter plaatse. Maar het moment was (nog) niet geschikt. Ik werkte nog, mijn geliefde was ziek, m’n ouders hadden steeds meer zorg nodig. Ik bleef dromen en fantaseren, allemaal heel veilig. Jaar na jaar ging voorbij. Er gebeurde veel. Cor ging dood, ik maakte een voettocht naar Rome, werd ontslagen en toen was daar opeens het moment van: nu of nooit.