WONEN IN ITALIË – Weer een 'project'

Kinderen maakten mijn week leuk. Gelukkig heeft Mombarcaro ondanks zijn lage inwonertal en de vele bejaarden toch ook een hele generatie jongere inwoners. En hiermee bedoel ik dan ouders zo tussen 30 en 50 jaar en kinderen net uit de wieg tot net samenwonend. Nee, we sterven nog niet uit.

"Kom je vanavond kaarten?" vroeg Grazia mij ergens in de week. Natuurlijk, gezellig voor een keer. Ik haalde gebakjes bij Rui in Murazzano en toog 's avonds naar de overkant.

Ik zat net aan een espresso met een mini-taartje toen kleinzoon Mattia binnenkwam. Ik bood hem mijn gebak aan maar nee, hij had er geen belangstelling voor. Hij ging aan tafel zitten en wilde mee kaarten.

Scala Quaranta (40), bepaald geen ingewikkeld kaartspel, maar voor een jongen van tien toch nog wel een toer om het onder de knie te krijgen. Hij kon nauwelijks de dertien kaarten in z'n handen vasthouden.

We legden hem het spel uit en probeerden door te spelen maar iedere keer als hij aan de beurt was, had hij hulp nodig wat natuurlijk helemaal niet erg was. Voor ons.

Maar Mattia wilde winnen en raakte steeds gefrusteerder van zijn getob. Toen zijn vader binnenkwam was de boot aan. Hij wilde tegenover hem niet afgaan. Hij barstte in huilen uit, smeet z'n kaarten op tafel en liep de kamer uit.

Een paar dagen later was hij met zijn vader in de bar. Hij vertelde me dat ie het spel inmiddels geleerd had en ook al een keer had gewonnen. "Geweldig" zei ik. "Morgenavond komt Gladys en dan gaan we weer kaarten."

Zaterdagavond kwamen Grazia's dochter Elisa en haar man met dochter Gladys die een jaar ouder is dan Mattia. Meteen kwamen de kaarten op tafel. Gladys bleek het spel helemaal in de vingers te hebben. Schaterend en vol bravoure won ze het ene potje na het andere.

Mattia liet zich door zijn nichtje meeslepen en samen baden ze voor goeie kaarten, vloekten ze bij slechte en gierden ze het uit. Uiteindelijk had Mattia aan het eind van de avond drie keer gewonnen. De houtkachel knapperende, we dronken onze espresso en we waren allemaal blij.

Twee dagen later wachtte ons nog meer kinderpret. Het was de avond voor Halloween en dan trekken de kinderen hier verkleed door Mombarcaro, overal aanbellend voor snoep. Eén van de moeders had mij vrijdag in de bar al gewaarschuwd, dat ze rond vijven bij mij zouden aankomen.

"O maar dan bakken Grazia en ik pannenkoeken!" riep ik enthousiast uit. Gelukkig vond Grazia het ook een leuk idee, want zij is de kokkin van ons tweeën en maandag stond we tegen vijven met rode koppen in een walmende keuken pannenkoeken te bakken.

Tegen half zes werd er op de voordeur geroffeld. En ja hoor, daar stond het gespuis op de stoep, vergezeld van wat ouders. Heksen en spoken, en hier en daar een skelet, stroomden naar binnen. Ze gingen rond de eettafel zitten en vielen aan op de schaal pannenkoeken.

De kleinste kon net lopen, terwijl de tweeling hier al bijna te groot voor is. Alles kwetterde door elkaar, ouders liepen in en uit en binnen een kwartier ging iedereen ook weer naar buiten om verder langs de deuren te trekken.

Grazia en ik zegen neer aan de lege tafel met het gevoel dat er net een sprinkhanengolf was langsgetrokken. Gelukkig hadden ze wat voor ons overgelaten en namen we ook maar een pannenkoek.



  • De beslissing
  • Jarenlang was het een droom. Een huis in Italië. Op vakantie stond ik steevast lang voor de etalage van de makelaar ter plaatse. Maar het moment was (nog) niet geschikt. Ik werkte nog, mijn geliefde was ziek, m’n ouders hadden steeds meer zorg nodig. Ik bleef dromen en fantaseren, allemaal heel veilig. Jaar na jaar ging voorbij. Er gebeurde veel. Cor ging dood, ik maakte een voettocht naar Rome, werd ontslagen en toen was daar opeens het moment van: nu of nooit.